Als zorgverlener geef je zorg aan iedereen die zorg behoeft
en op je pad komt. Het kan via je werk of welk ander kanaal ook. Het zit in je
en het is je werk. Maar hoe goed zorgen we voor onze directe naasten of,
sterker nog, voor onszelf? Er word wel eens gezegd dat zorgverleners,
zorgmijders zijn. We bagatelliseren alles en denken dat het allemaal wel mee
valt wanneer het onszelf betreft. Al moet ik zeggen dat er ook andere fases
zijn. Toen ik mijn eerste stage deed op een afdeling oncologie leek het wel of
iedereen kanker kreeg. Na een poosje kun je dit wel relativeren, maar de eerste
paar dagen slaat de schrik je om het hart. Het zal toch niet… Later ga je hier
anders mee om en weet je dat niet iedere pijn een tumor betekent.
De meeste zorgverleners zijn heel gedreven in hun vak. Dit geld
voor mensen in alle gelederen van de zorg. Een aantal mensen gaat hier heel ver
in en die denken zelfs zichzelf objectief te kunnen beoordelen. (al vraag ik me
af hoe objectief je kunt zijn als het over jezelf gaat). Daar bij zijn er ook
zorgverleners die denken dat ze voor bepaalde ziektes sowieso niet in
aanmerking komen, puur om het feit dat ze zelf zorgverlener zijn.
We worden gestuurd naar een adres waar iemand is met pijn op
de borst. Een melding waar het gros van ons werk uit bestaat. Aanrijdend
krijgen we wat meer informatie. Het blijkt om een man te gaan die de 40 nog
lang niet genaderd is.
Het is de kunst om hier blanco in te gaan, want ook jonge
mensen kunnen hartproblemen krijgen. Met dit voornemen komen we aan op het
aangegeven adres. Dit voornemen word al snel omver geblazen wanneer de deur
voor ons open gaat.
- goeie morgen, wat kan ik voor u doen?
- ik ben arts en ik moet naar een PCI centrum (ziekenhuis
welke hartkatheterisatie uitvoert) want ik heb een hartinfarct. Het gaat heel
slecht met mij en je moet me snel weg brengen.
- ok, maar ik wil u eerst even onderzoeken en op zijn minst
een ECG (hartfilm) maken.
- Nee dat moet je niet doen, ik voel me slecht, heb pijn op
de borst en je moet me nu naar het ziekenhuis brengen. Ik ben net flauw
gevallen en voel me erg beroerd.
Mijnheer ziet inderdaad erg wit en heeft grote zweetdruppels
op zijn hoofd. Maar ik stuur geen mensen voor de cardioloog in voordat ik een
ECG heb gemaakt. Flauw vallen kan meerdere oorzaken hebben dan alleen het hart.
- Kunt u op de stoel of bank gaan zitten, dan kan ik wat
dingen onderzoeken.
- Nee, je moet me wegbrengen man, dat zeg ik toch. Ik ben
zelf arts en weet wat er aan de hand is. (dhr is echter geen cardioloog)
- Luister mijnheer, Ik wil u best naar het ziekenhuis
brengen maar dan toch wil ik een en ander onderzocht hebben. Ik kan niet
iedereen zomaar in een ziekenhuis schuiven zonder dat ik weet wat er aan de
hand is. U bent nu stabiel en de kleur trekt ook bij.
Uiteindelijk is het mijnheer gelukt om op de bank te gaan
zitten. Waarna mijn collega een ECG maakt en ik mijnheer verder onderzoek.
Mijnheer is duidelijk niet met de gang van zaken eens en laat meerdere malen
weten dat hij zelf arts is en heus wel weet wat hij mankeert.
Wat is er dan precies gebeurd vraag ik. Dan vertelt hij dat
hij gisteren last van zijn rug had en dat nu doortrekt naar zijn borst. Als ik
wat dieper op de klachten in ga, word de verdenking op problemen met het hart
steeds kleiner. Maar hij kent de protocollen lijkt het, want hij geeft aan dat
hij al bloedverdunners heeft ingenomen en dat hij een spray onder de tong heeft
genomen. En omdat het zulk goed spul is, niet 1 maar 3 tegelijk. Daarna ging
het slechter en viel hij flauw. (Nu ben ik van mening dat iedereen die de spray
beroepshalve toepast moet weten dat je hier enorme bloeddrukdaling van kan
krijgen. Dus ook deze dokter hoort daarvan op de hoogte te zijn). Dat hij flauw
gevallen is, is heel goed te verklaren.
Het ECG is gemaakt en daar staan geen afwijkingen op. Ik
maak dat kenbaar aan mijnheer, maar hij gelooft me niet. Je kan veel zeggen,
maar ik heb echt een infarct. Of een longembolie, komt er dan achter aan.
Aangezien mijnheer zeer ruim in het zuurstof zit, ben ik hier ook niet echt van
overtuigd. Ik geef aan dat ik wel even ga overleggen met een cardioloog.
(misschien dat die hem kan overtuigen). Na het hartfilmpje te hebben
doorgestuurd, neem ik contact op met de betreffende afdeling in het ziekenhuis.
De assistent cardioloog heeft het ECG gezien en geeft aan niets te zien op de
hartfilm. Ik zie niks, de assistent ziet niks en de patiënt zelf is het ecg
lezen niet machtig merk ik op uit zijn vragen. De assistent cardiologie
verdenkt deze man ook niet van een infarct op basis van ECG en mijn verhaal. Ze
geeft aan dat mijnheer op de afdeling mag komen maar niet in aanmerking komt
voor spoed interventie. Zo gezegd zo gedaan. Ik vertel mijn bevindingen en mijn
plan aan de patiënt. Die vraagt: heb je een assistent of een cardioloog zelf
aan telefoon gehad? Ik zeg dat ik de assistent heb gesproken. Dit is de normale
gang van zaken. Dat laat hij mij weten dat dit heel erg dom is en ik met de
cardioloog zelf moet overleggen want assistenten weten niet waar ze het over
hebben. (ik vermoed dat het nog lang geen 10 jaar geleden is dat hij zelf
assistent was). Ik geef aan dat dit nu de gang van zaken is en dat ik mijnheer
niet verdenk van cardiale problemen of een longembolie en dat ik hem presenteer
op de hartafdeling van betreffend ziekenhuis. Waarom op de hartafdeling, vraagt
hij. Daar kijken ze alleen naar het hart. Je kunt beter naar de SEH, want als
ik geen infarct heb, heb ik een longembolie. Luister mijnheer, ik heb u op
basis van klachten aangemeld bij de cardiologie en daar gaan we nu heen. Als er
wat anders blijkt te zijn, word een ander specialisme wel in consult gehaald.
Nogmaals word er benadrukt dat mijnheer zelf arts is en hij heus wel weet wat
hij mankeert. Ik ben tenslotte maar verpleegkundige. Tja, daar heb je een punt.
Het kost moeite, maar ik ben er van overtuigd dat ik correct ben geweest. In
zowel benadering als behandeling.
Moet je me geen bloedverdunners geven? Nou die heeft u toch
zelf al ingenomen? Ja maar dat is jullie protocol. Dat klopt, maar in datzelfde
protocol staat dat je de bloedverdunners oraal of via infuus kan geven. En u
heeft de tabletjes zelf al ingenomen.
We lopen naar de lift en daar bied dhr. zijn
verontschuldiging aan. Ik denk bij mezelf: zou het kwartje dan toch gevallen
zijn? Tja, u bent natuurlijk geschrokken. Ik zeg tegen mijn collega dat hij onder
A2 urgente naar het ziekenhuis kan gaan. (A2 is zonder toeters en bellen). Het
is tenslotte geen acute situatie.
Bij het eerste verkeerslicht staan we te wachten want deze
staat op rood. Mijnheer vraagt aan mij of de weg open gebroken is. Ik kijk hem
aan en vraagt verbaasd, hoezo? Nou, omdat we stil staan. Nou nee, we staan voor
het rode stoplicht. Mijnheer verschiet van kleur, en begint uit te varen. Dus
jij gaat met mij, die een infarct heb, voor een rood stoplicht staan? Maar
mijnheer, ik heb u uitgelegd dat u geen acuut infarct heb en er geen acute
interventie gaat plaatsvinden. Dat is ook de reden dat we niet met spoed naar
het ziekenhuis rijden. Maar ik zeg je toch dat ik een infarct heb en je gaat
voor een rood licht staan? Ja, geef ik aan, spoedrijden geeft ook risico`s en
als het niet nodig is, doen we dat niet. De spanning is om te snijden.
Opeens pakt hij zijn telefoon en belt het ziekenhuis waar
naar we op weg zijn. Via de centralist word hij doorverbonden met de assistent
cardioloog. Hij zegt dat hij de cardioloog zelf moet spreken, maar de assistent
geeft aan dat dit nu niet kan. Dan volgt er een verhaal dat hij in een
ambulance ligt en een hartinfarct heeft en dat het ambulancepersoneel weigert
om met spoed te rijden. Ik hoor dit gesprek aan, want ik zit naast hem. Ik hoor
de assistent zeggen dat er van een infarct en dus spoed geen sprake is en dat
zij niet kan beslissen voor het personeel van de ambulance om wel of niet met
spoed te rijden. Hij hangt op en legt zich er bij neer. Dit duurt echter 2
minuten. We staan voor het volgende rode licht. Weer zegt hij: dus je gaat weer
met mij voor het rode licht staan wachten? Ik geef bevestigend antwoord en zeg
dat ik heb uitgelegd waarom.
Iets sneller dan de eerste keer grijpt hij naar zijn
telefoon en weer laat hij zich via de centrale van het ziekenhuis
doorverbinden met de cardioloog. Weer krijgt hij de assistent aan telefoon. Dan
geeft hij aan dat hij de cardioloog MOET spreken. De assistent geeft weer aan
dat zij die taak heeft en dat hij met haar kan overleggen als hij dat wenst.
Dan briest hij: ik lig met een hartinfarct in de ambulance en weer staat die
ambulance voor een f*cking rood licht. Zeg tegen die mensen van de ambulance
dat ze doorrijden en er een spoedrit van maken. Maar de assistent cardioloog geeft aan
dat ze dit niet kan en niet wil doen omdat er geen noodzaak voor bestaat. Het
laatste stukje van de rit word zwijgend vervolgd. Ik vul mijn administratie in.
De monitor geeft geen verontrustende waarden en mijnheer ziet er ook al weer
beter uit.
Als we de ambulancesluis in rijden sneer hij naar me: Nou, je zal
ook niet even vragen hoe het met me gaat. Even sta ik perplex. Dan geef ik als
antwoord: U zit bijna de gehele rit te bellen. Alle waarden zijn goed, u ziet
er goed uit. Wat wilt u nu van me?
Je gaat hier meer van horen. Jij bent totaal ongeschikt voor
je vak. Tja, dat is uw mening. Foutloos ben ik zeker niet, maar in het vakje
ongeschikt wil ik mezelf eigenlijk ook niet plaatsen. Ik begrijp sommige frustratie
zeker wel, maar als je niet open staat voor een normale verklaring houd het echt
een keer op. En zeker van een zogenaamde professional mag ik wel een klein
beetje verwachten dat hij het begrijpt.
Lopend door de gangen van het ziekenhuis, vraagt hij wat ik
wel niet denk. Je denkt toch zeker niet dat ik aan het hyperventileren ben?
Nou, als ik eerlijk ben, denk ik dat wel en is dat mijn belangrijkste diagnose.
Doe normaal man, ik ben zelf arts. Tja, alsof dokters niet kunnen
hyperventileren. Alle redelijkheid en objectiviteit is in ieder geval verdwenen.
Maar goed. Op de afdeling draag ik mijnheer over aan het personeel aldaar. Als
ik de kamer uitloop hoor ik hem tegen het personeel zeggen welke onderzoeken
hij verwacht en dat hij zo snel mogelijk de cardioloog wenst te spreken.
Ik zucht, maar nu is het aan het ziekenhuis om hem verder te
behandelen. Mijn nachtdienst zit er op. Al met al heeft dit best wat energie
gekost. Ik ga naar huis en duik mijn bed in.