donderdag 28 februari 2019

Ontspoort


Afbeeldingsresultaat voor uit de bochtDat wij met ons werk te maken hebben met ongevallen mag duidelijk zijn. Soms heb ik zelfs het idee dat mensen denken dat we niets anders doen dan reanimeren en mensen uit verkreukelde auto`s halen. Dit is echter totaal niet het geval. Natuurlijk hebben we met ongevallen te maken, maar dit betreft maar een klein gedeelte van ons werk.
Wanneer je echter geroepen word bij een ongeval blijf je je soms verbazen over de uitkomst. Soms lijkt er niet veel schade, maar als je de patiënt dan onderzoekt heeft deze toch meer letsel dan je zou vermoeden. Andersom is ook regelmatig het geval.

Nu hebben we geen strenge winter gehad dit jaar, maar er zijn toch enkele momenten geweest dat het glad was op de weg. Ik heb dienst en de temperatuur ligt net boven het vriespunt. De lucht die aan het begin van de dienst zo helder was, trekt dicht en het word mistig. Mist in combinatie met deze temperaturen is een gevaarlijk fenomeen.
We krijgen een melding dat er ergens in de regio een auto uit de bocht is gevlogen. Een niet geheel onverwachte melding. We gaan zo snel als de omstandigheden het toelaten ter plaatse. Daar aangekomen lopen wat mensen en ligt er naast een dijkje een auto die een betere staat heeft gekend. Het is donker, dus geheel overzichtelijk is het nog niet. Er komen wat mensen naar ons toelopen. Een van deze mensen blijkt de bestuurder te zijn. Hij vertelt het verhaal dat hij op deze dijk reed, en niet eens zo hard. Maar opeens was hij de grip kwijt en raakte naast de weg. Gezien het eerste aanblik van de auto moet deze persoon onderzocht worden. Ik laat hem plaats nemen in de ambulance en voer een volledig onderzoek uit. Maar wat ik ook meet of vraag, er zijn geen afwijkingen. Prima zou je denken. Als ik klaar ben vraag ik hem even te blijven zitten zodat dat ik ondertussen even naar zijn auto kan kijken. Dit geeft me een idee van de impact waarmee het ongeval heeft plaats gevonden.

Nu heb ik de tijd om de auto ook van de voorzijde te bekijken. Als ik dat zie krijg ik toch het idee dat het sneller gegaan is dan vermoed. Het motorblok van deze auto ligt een aantal meter voor de auto. De voorkant is volledig weggeslagen. Dit is hard gegaan. Ik maak wat foto’s om deze te laten zien aan de arts in het ziekenhuis. Want deze man mag dan wel geen klachten hebben, op basis van de impact neem ik hem toch mee voor een volledig onderzoek. (de kans bestaat dat er inwendig toch wat problemen zijn die zich nu nog niet laten zien).

Onderweg naar het ziekenhuis laat ik de foto’s aan de jongeman zelf zien. Hij word even stil en zegt dan: Ik geloof dat ik wel bewaard gebleven ben. Tja, en deze opmerking kan ik alleen maar beamen. Dit had heel anders af kunnen lopen. Ons lichaam is niet bestand tegen krachten van deze grootte.

Een andere melding betreft een aanrijding met een auto versus voetganger. Ik rij als Rapid Responder. Er is een voetganger aangereden en deze is niet meer aanspreekbaar. Dit laatste is geen goed teken. Ik ga zo snel mogelijk ter plaatse. Aangekomen ligt er een man op de grond. Zijn hele hoofd is bebloed en hij lijkt inderdaad niet te reageren. Omstanders hebben gezien dat hij zomaar overstak en daarbij is aangereden door een passerende auto. Als ik de man aanraak reageert hij wel. Wat me opvalt is dat er een enorme alcohollucht boven hem hangt. Echter een gesprek is (door verschillende factoren) niet te voeren. De andere ambulance die ter plaatse komt gaat deze man vervoeren. Met elkaar immobiliseren we deze man zodat hij veilig op transport kan. Ook hier ga ik de auto bekijken. De auto die deze man aangereden heeft ziet er uit alsof hij tegen een dikke boom gereden is. De voorruit is volledig kapot. De motorkap is verkreukeld en 50 cm korter geworden. Het slachtoffer heeft er alle recht op om veel letsel te hebben.

0Later wordt ik gebeld door de collega van de ambulance die hem heeft vervoerd. Het enige letsel bij deze man is een hersenschudding en een gat in zijn hoofd. Tja, ook dit had heel anders kunnen aflopen als we een inschatting maken op basis van de impact.
Soms kom je in situaties die je niet geheel in de hand hebt of die ineens heel anders verlopen waar je bij staat. Ik krijg een melding van een vrouw die aan het doordraaien is. Ze is bij haar ouders en gedraagt zich raar. Dan agressief en dan ineens rustig. De familie heeft al gebeld met de acute dienst psychiatrie maar die is nog met een andere melding bezig aan de andere kant van de regio. Het gaat dus nog wel even duren. De familie is bang dat het uit de hand gaat lopen en heeft 112 gebeld. We gaan er naar toe met collega’s van de politie.

Ter plaatse worden we door een ouder echtpaar opgewacht. Dit blijken de ouders te zijn. Ze vertellen ons dat het `s middags al niet goed ging. Haar stemming veranderde en ze werd soms om niets heel boos. We gaan naar binnen en horen haar schreeuwen. Ze is in een aparte kamer met een broer die haar nog enigszins weet te kalmeren. De ouders zijn bang. We overleggen met de collega’s van de politie en maken een plan. Ik trek uit voorzorg wat medicatie op. We maken een plan A, B en C. We wachten eerst op nog andere collega’s van de politie zodat we wat meer mensen hebben. Mensen in een psychose zijn nogal onberekenbaar en je wilt niet dat het volledig uit de hand loopt.

Eerst ga ik met de ouders praten. Ik vertel dat we gaan proberen haar te kalmeren en dan de situatie bekijken. Als het echter niet lukt zoals we wensen kan het zijn dat ze overmeesterd moet worden. Dit ziet er niet fijn uit. Echter zijn de ouders begripvol. Ze willen maar een ding en dat is dat deze situatie voorbij is. Ik ga met mijn collega de kamer in waar mevrouw zich bevind. De politie blijft in de kamer ernaast maar wel in het zicht. Mevr. reageert direct enorm afwijzend naar ons en reageert dan agressief en dan weer rustig. Op een gegeven moment gaat ze op bed liggen. Ik probeer een gesprek om de situatie en haar stemming in te schatten. Er komt een enorm onsamenhangend verhaal naar voren wat niets heeft te maken met het hier en nu. Er is geen touw aan vast te knopen. Opeens springt ze op. Schreeuwt hard en rent door de kamer. Bij het raam haalt ze uit en slaat het raam kapot. Ze heeft wat kleine verwondingen aan de hand. Ze schrikt hier zelf van en lijkt wat tot zichzelf te komen. Ze is 5 minuten rustig. Dan springt ze ineens weer op, rent naar het raam en neemt een snoekduik. Het gaat zo snel dat ik het niet helemaal kan volgen. Wat er achter het raam stond weet ik niet, maar iets heeft haar sprong geremd. Hier ben ik enorm blij mee aangezien we op de 1e verdieping staan. Alleen haar hoofd is door het raam gegaan. Hevig bloedend schreeuwt ze en rent ze door de kamer. Ik geef aan de collega’s van de politie een sein dat we deze dame moeten overmeesteren. De wond bloed hevig en voordat er nog meer gebeurd moet dit veranderen. Voordat ze zichzelf nog meer schade toebrengt moet er ingegrepen worden. De politie overmeesterd haar en ik geef haar medicatie zodat ze rustig word. De wond word verzorgd en ze gaat mee naar het ziekenhuis.

IN situaties als deze ben ik enorm blij met intercollegiale hulp. Met elkaar kun je deze situatie aan. Je probeert het op de meest rustige manier te doen, echter gaat het niet altijd zoals je zou willen. Dat ik een enorm bloedende patiënt in de auto heb, had ik vooraf niet voorzien. Als mevrouw slaapt door de medicatie praat ik even snel de ouders bij die enerzijds blij zijn, maar aan de andere kant wel geschrokken zijn van deze heftige situatie. Ik wens ze sterkte en breng mevrouw dan naar het ziekenhuis.
Het is triest om te zien wat er gebeurd als het in het hoofd niet meer gaat zoals het zou moeten. Een psychose, iedereen kan het overkomen. Je totaal in een andere wereld bevinden. Beheerst worden door angsten en andere emoties. Zo erg dat je een bedreiging vormt voor jezelf en je omgeving. Op dit gebied valt er in Nederland nog enorm veel winst te behalen qua zorg en opvang. Nu lijkt de zorg te verbrokkelen, maar in de psychiatrie is deze aftakeling het grootst denk ik.