woensdag 28 april 2021

Haastige spoed is soms een moet...


Een van de meest voorkomende klachten bij patiënten na het doormaken van een ongeval is pijn in de nek. Nu zitten er in de nek heel veel structuren, dus op basis van wat er is gebeurd en de mate waarin de klachten voorkomen probeer je een inschatting te maken van het letsel. Daarbij neem je patiënten met nekklachten heel laagdrempelig mee naar het ziekenhuis. In de nek zitten veel spieren die voor pijn kunnen zorgen door onverwachte problemen dan wel overbelasting. Maar in de nek lopen centraal ook de nekwervels met daar doorheen de zenuwbanen. En vooral deze laatste moeten goed beschermd blijven. Soms kom je patiënten tegen met pijn in de nek waarbij je denkt: hoe is dit mogelijk? De auto heeft geen krasje, er is geen airbag uitgegaan, de patiënt droeg gewoon zijn gordel. De andere partij heeft ook geen schade. Hoe kun je door zo'n zachte aanrijding pijn in de nek krijgen. Niet zelden zijn dit ook de patiënten die vinden dat ze als eerste geholpen moeten worden, maar nog wel even tijd hebben om een telefoongesprek af te maken voordat ze jou te woord staan. 


Anderzijds zijn er ook andere patiënten. Ik denk aan een jongeman die achterop een andere auto was gereden. De trekhaak van de voorganger stond ongeveer waar normaal de versnellingspook zit. De jongeman was uitgestapt en liep al een tijdje langs zijn auto. Toen ik hem onderzocht, gaf hij geen krimp. Geen pijn in zijn nek, rug of waar ook. Hij moest nog een lang reis maken en was vastbesloten om die reis af te maken. Toen ik hem even observeerde voelde hij een aantal keren aan zijn nek en hield zich wat stijfjes. Ik liep naar hem toe en zei tegen hem dat ik hem mee ging nemen naar het ziekenhuis, want die kleine signalen en het ongevalsmechanisme waren voor mij voldoende om hem door een scan te laten gaan. Dit was natuurlijk in zijn optiek geheel niet nodig en volledig onzinnig. Nu kan ik iemand niet dwingen, maar na een hele tijd op hem inpraten, gaf hij zich gewonnen en is hij meegegaan. Achteraf bleek hij een scheur in zijn nekwervel te hebben. Toen ik dat hoorde was ik blij dat ik hem toch zo ver heb kunnen krijgen om mee te gaan. 


Sowieso zijn breuken lastig. Een regelmatig gemaakte uitspraak van mij en collega's is dat we niet door een patiënt kunnen heen kijken. We hebben geen röntgenogen. We proberen een inschatting te maken en op basis van totale plaatje nemen we de patiënt mee of laten hem door familie naar het ziekenhuis of naar huis brengen. Soms is het heel erg duidelijk. Ik krijg melding van een dame die is gevallen en niet meer overeind kan komen. Deze dame is exact een eeuw oud en dat maakt dat ik me toch wel direct zorgen maak over haar bewegingsapparaat. Bij aankomst tref ik een vrouw op de grond die haar jonge jaren al een hele tijd achter zich heeft liggen. Ze is gevallen en geeft heel veel pijn in haar bovenbeen en haar heup. Wanneer ik zachtjes over deze plek voel (om te kijken of er sowieso al iets afwijkends is) voelt het alsof haar hele bot in stukken is gebroken. Het  voelt heel naar. Ik geef aan dat ik haar pijnstilling ga geven en naar het ziekenhuis ga brengen. Het kan zijn dat u hier niet zo veel van meekrijg, schreeuw ik in haar oren. (want haar gehoor heeft haar ernstig in de steek gelaten). Word ik dan geopereerd? vraagt ze. Ik geef aan dat ik het niet weet, en ik heb daar zo mijn twijfels over. Sowieso heb ik een bepaald voorgevoel over het verloop van deze gebeurtenis… 


Zoals ik wel eens eerder heb gezegd, ik heb al heel veel reanimaties meegemaakt en uitgevoerd. Ik ben de 100 al ver gepasseerd. De ene is heftiger dan de andere. Uiteindelijk is het reanimatieprotocol best abstract en ben je vooral in het begin druk met technische handelingen. Mooi is het om een patiënt te reanimeren die 20 min later aanspreekbaar door jou in het ziekenhuis wordt gebracht. (te zien in een aflevering van: Als de brandweer seizoen 2 afl 10.). Echter zijn dit meer uitzonderingen dan regel. Soms is een patiënt zo duidelijk overleden dat de hele reanimatie geen zin heeft. 

Ik word naar een reanimatie melding gestuurd waarbij de omstander zegt dat haar vriend stijf op de bank zit en heel koud aanvoelt. Bij aankomst blijken deze waarnemingen te kloppen. Het is duidelijk, een reanimatie starten is hier volslagen zinloos. Wanneer ik met de partner in gesprek ga, blijkt de man al sinds de vorige avond zo op de bank te zitten. Hij was in slaap gevallen en ze wilde hem niet wakker maken, maar toen hij de volgende morgen nog steeds zo zat, vertrouwde ze het toch niet helemaal. Tja, ik had al het vermoeden dat het even geleden was.

Bij een andere melding zijn omstanders al begonnen aan de reanimatie. De persoon is eveneens door omstanders aangetroffen. Als ik binnenkom blijf ik even staan en moet stiekem wel glimlachen. Het been van het slachtoffer blijft hoog in de lucht steken. Als ik de patiënt aanraak, voelt deze ook helemaal stijf en koud. Dat het been in de lucht blijft steken is een gevolg van lijkstijfheid wat enkele uren na de dood optreed. Het wil in ieder geval zeggen dat de patiënt al te lang overleden is om een reanimatie nog succesvol te maken. 


Ik zit met mijn collega te posten als we worden opgeschrikt door de porto. A1 overplaatsing, ofwel de patiënt met spoed van het ene ziekenhuis naar het andere brengen. We haasten ons naar het ziekenhuis en daar lijken ze blij te zijn ons te zien. Er is een man opgenomen die een herseninfarct bleek te hebben. Deze man is behandeld volgens de geldende protocollen alleen is er een complicatie opgetreden en moet deze man naar het Erasmus MC omdat ze hem in het betreffende ziekenhuis niet kunnen helpen met deze complicatie. Als ik bij deze man aankom zie ik allemaal dingen die me erg verontrusten: Niet aanspreekbaar, onrustig, wisselende hartritmes en zo nog een aantal dingen. Mijn collega kijkt me aan en ik zie dat we hetzelfde denken. Hier moet heel snel gehandeld worden. Hij vraagt aan mij: hoe wil je naar het Erasmus MC? (dit is ruim een half uur verwijderd van waar we nu zijn). Ik geef antwoord: zo snel mogelijk. Natuurlijk is het 5 uur in de middag en dus lekker druk op de weg. We overleggen kort: We laten ons net voor Rotterdam opvangen door de politie en doen vandaar uit een spoedtransport. Op de weg naar Rotterdam heeft dit niet heel veel zin omdat de politie dit ook moet organiseren en dit tijd kost. Bovendien is de tijdwinst op de snelweg niet veel groter. Daarentegen in de stad wel. Bij een spoedtransport word elke kruising naar het ziekenhuis afgezet door 1 of meerdere eenheden van de politie zodat de ambulance met de begeleidende politiewagen vrij baan hebben en in een keer op hoge snelheid door kunnen rijden. En zo komt het dat we het Erasmus MC ruim binnen de normale tijd halen en de patiënt kunnen overdragen. Hoe het verder gaat met deze man? Ik heb geen idee, maar een ding weet ik wel. Bij deze patiënt was de factor `tijd` een heel belangrijk element. En wij hebben ons best gedaan om die zo kort mogelijk te houden. Ik bedank de politieagenten voor de samenwerking. Dat zogenaamde `scheuren` heeft zeker wel een functie. Time is brain

Ondertussen hebben we ook al meer dan een jaar te maken met corona. De mensen zijn het zat. Dat merk je aan alle kanten. Ook wij als hulpverleners en zorgmedewerkers zijn het zat. Ik snap dat mensen overal naar toe gaan. Ik ga ze niet tegenhouden. Ik ga zelf ook op bezoek soms. Maar soms word je even op de feiten gedrukt. Ik moet een man ophalen die door de huisarts word ingestuurd met corona. Bij aankomst is de man erg benauwd en heeft absoluut zuurstof nodig. Wij nemen hem mee en brengen hem in het ziekenhuis. 2 dagen later heb ik weer dienst en krijg ik een melding op hetzelfde adres. He, denk ik, daar ben ik eergisteren ook geweest. Ik lees de melding en ziet dat nu de vrouw word ingestuurd met corona en hevige benauwdheidsklachten. Triest verhaal denk ik bij mezelf. Ik neem mevrouw mee en weet eigenlijk niet zo heel veel te zeggen. Later hoor ik dat mevrouw net op tijd in het ziekenhuis was om bij het overlijden van haar man aanwezig te kunnen zijn. En dat mevrouw zelf 3 dagen later zelf ook overlijd. Dit is schijnend. Enkele weken later heb ik toevallig een melding in dezelfde buurt als waar deze mensen wonen. Ik hoef de patient niet mee te nemen en ruim wat spullen op als er een vrouw naar me toe komt. Ze zegt: een stukje verder staat iemand die je wil bedanken. Ik loop met deze dame mee en word begroet door een emotionele dame die zegt dat ze me herkende omdat ik haar vader en haar moeder naar het ziekenhuis heb gebracht. Ze is de dochter van eerder genoemd echtpaar. Ze wil me bedanken. Normaal sta ik niet zo snel met een mond vol tanden, maar nu weet ik niet zo goed wat ik moet zeggen.... In 4 dagen tijd je vader en je moeder verliezen moet verschrikkelijk zijn....